Tagarchief: zandkoliek

Hoe kan ik zandkoliek voorkomen?

Er zijn twee manieren om zandkoliek te voorkomen:
1)      Zorgen dat je paard geen zand binnenkrijgt
2)      Het zand regelmatig uit de darmen ‘spoelen’

Minder zand er in

Je paard kan zand binnen krijgen als het op een korte weide staat of in een zanderige of modderige paddock. Ook als het ruwvoer zanderig of stoffig is of als het paard van een modderige bodem ruwvoer eet, kan zand mee naar binnen komen. Let op: ook modder, klei en andere grondsoorten kunnen zandkoliek veroorzaken!

Let dus op als de weide afgegraasd is of als het paard in de paddock staat! Een graasmasker of een zandmasker kan veel zandopname voorkomen. Let wel op dat je paard niet te lang met een afgesloten masker staat. Paarden moeten heel regelmatig eten, dus voorkom dat ze langer dan een paar uur met het masker op staan. Anders krijgen ze alsnog koliek! Maskers moeten altijd waterdoorlatend zijn, zodat het paard kan blijven drinken.

Kijk ook altijd goed naar je ruwvoer/kuil/hooi. Is het stoffig? Zit er zand of klei in? Wees hier alert op en voorkom dat je paard zand mee naar binnen hapt. Zorg er ook voor dat de paarden niet vanaf de grond eten. Tegels, rubbermatten of stevige voerbakken die niet omgegooid kunnen worden zijn ideaal.

Sommige paarden zijn ware ‘zandjunkies’ en eten het met happen tegelijk uit de paddock. Bij jonge paarden is dit soms een fase, waar ze weer overheen groeien. Net als kinderen die in de zandbak een hapje nemen. Bij oudere paarden is het verstandig om te bekijken of het paard geen minderalen tekort komt. Je veearts kan hiervoor een bloedtest afnemen. Vaak is het
zandeten echter een graasreflex of aangeleerd gedrag (net zoiets als luchtzuigen of weven).

Zandkoliek komt in Nederland vooral in het najaar en de winter voor. In deze periode moet je dus extra alert zijn.

Meer zand er uit

Om zand uit de darmen te krijgen is het verstandig om je paard regelmatig een kuurtje te geven. Psyllium is hiervoor het makkelijkst. Psyllium bevat slijmstoffen en neemt veel water op. Daardoor ontstaat een plakkerige brij in de darmen van het paard, waarmee het zand naar buiten komt. Psyllium kan met een beetje lijnzaadolie door de brok of muesli gevoerd worden, of in de slobber of bietenpulp. Je kunt psyllium eventueel ook droog over het voer aan je paard geven. Zorg wel dat er altijd voldoende vers drinkwater beschikbaar is.

Meestal wordt voor preventie van zandkoliek 100 – 200 g psyllium gegeven in een kuur van 5-7 dagen, maximaal eens per maand in de periode dat het paard risico loopt. Dit kan dus permanent zijn, bijvoorbeeld als je paard alleen in de paddock staat! Deze dosering is voor volwassen paarden en gebaseerd op advies van de Universiteitskliniek in Utrecht. Het is natuurlijk ook altijd een goed idee om met je eigen dierenarts te overleggen. Voor pony’s of veulens moet de dosis uiteraard lager zijn.

Pharma Horse levert zuivere psyllium vezels

In plaats van psyllium wordt soms ook lijnzaad gebruikt. Dit heeft ongeveer dezelfde werking, maar het moet eerst gekookt worden. Omdat lijnzaad ongeveer even duur is als psyllium en je er meer werk aan hebt, kiezen de meeste mensen voor psyllium. Er zijn tegenwoordig ook slobbers op de markt waar al psyllium in zit. Deze zijn ook handig te voeren.

Hoe kan ik zandkoliek behandelen?

Bij acute zandkoliek bel je altijd de dierenarts!
Verspil geen kostbare tijd aan zelf dokteren. De onderstaande tekst is alleen ter informatie!

Zandkoliek wordt door dierenartsen in eerste instantie behandeld met paraffine olie en psyllium. Deze twee middelen zorgen er voor dat het zand met de mest mee naar buiten komt, via de natuurlijke weg. Als dat onvoldoende werkt, kan een operatie nodig zijn.

Psyllium

Psyllium zaadjes vormen de basis van vrijwel alle producten die je kunt krijgen tegen zand. De kleine zwarte zaadjes kunnen in hun geheel gebruikt worden of vermalen tot een soort licht-bruine vezels. Psyllium wordt ook wel vlozaad genoemd. De zaadjes zijn afkomstig van Indische psyllum, de latijnse naam van deze plant is Plantago Ovata.

Psyllium bevat slijmstoffen en neemt veel water op (kan ruim 5 x in volume zwellen). Daardoor ontstaat een plakkerige brij in de darmen van het paard. Daarmee komt het zand dan naar buiten. Ook heeft psyllium een gunstige werking op de darmflora.

Psyllium kan met een beetje lijnzaadolie door de brok of muesli gevoerd worden, of in de slobber of bietenpulp. Je kunt psyllium eventueel ook droog over het voer aan je paard geven. Zorg wel dat er voldoende vers drinkwater beschikbaar is.

Pharma Horse levert zuivere psyllium vezels

Lijnzaad

In plaats van psyllium wordt ook lijnzaad gebruikt. Dit heeft ongeveer dezelfde werking, maar het moet eerst gekookt worden. Omdat lijnzaad ongeveer even duur is als psyllium en je er meer werk aan hebt, kiezen de meeste mensen voor psyllium.

Paraffine

Paraffine is een olieproduct dat niet door cellen of weefsels wordt opgenomen. Het wordt door dierenartsen vaak met een sonde in de maag gebracht. Het werkt als een smeermiddel, het zand en de mest worden gladder en komen makkelijker naar buiten. Paraffine wordt gebruikt bij zand, maar ook bij (dreigende) darmverstoppingen, bijvoorbeeld als het gevolg van wormen.

Als je paard een makkelijke eter is kun je paraffine ook door het voer mengen, je kunt dan alleen wat minder grote hoeveelheden tegelijk geven.

Doseringen

Psyllium:
Meestal wordt voor preventie van zandkoliek 100 – 200 g psyllium gegeven in een kuur van 5-7 dagen, maximaal eens per maand in de periode dat het paard op zand staat. Deze dosering geldt voor volwassen paarden en is gebaseerd op advies van de Universiteitskliniek in Utrecht. Het is natuurlijk ook altijd een goed idee om met je eigen dierenarts te overleggen. Voor pony’s en veulens moet de dosering verlaagd worden. Bij acute zandkoliek moet er vaak meer psyllium gegeven worden, in combinatie met paraffine. Daarom bij koliek altijd je dierenarts inschakelen!

Paraffine:
Een dierenarts geeft bij zandkoliek vaak 1 of 2 liter met een sonde, door het voer kun je hooguit 100 of 200 ml per keer geven. Dit laatste kan geschikt zijn als je paard geen koliek heeft maar waarschijnlijk wel wat zand in de darmen.

Bij acute zandkoliek altijd de dierenarts laten komen!

Ruitershop dekroo.nl

Krijgt mijn paard teveel zand binnen?

Een paard krijgt te veel zand binnen als er meer ingaat dan er uitkomt. Dat is natuurlijk lastig te meten. Je kunt wel zien of je paard zand uitscheidt. Dan weet je in elk geval iets. Op zich is het trouwens goed als het paard het zand uitpoept. Maar als er te veel zand in de mest zit, is dit ook een indicatie dat het paard te veel zand binnenkrijgt.

Als je wilt weten of je paard zand in z’n darmen heeft, kun je zelf de mest testen. Dit moet je op meerdere dagen doen. Als er de eerste keer niets in zit kan het zijn dat er een paar dagen later wel zand uitkomt!

Mesttest

Je test de mest door vijf ballen mest in een doorzichtige plastic zak te doen met wat water. Knijp de mestballen fijn (als ze al in de zak zitten – dan krijg je geen vieze handen). Maak er een soepje van en hang de plastic zak een uurtje op. Als alles bezonken is blijft het zand onderin liggen. Als je plastic dierenartshandschoenen hebt kun je die ook gebruiken. Het zand zakt dan in de vingers van de handschoen.

Je kunt trouwens ook een emmer gebruiken en de mest heel langzaam uit de emmer schenken na het bezinken. Het zand blijft dan op de bodem van de emmer achter. Een paar korrels zand op vijf mestballen is niet erg, als er een theelepel of meer uit komt is het tijd voor maatregelen.

Tip:
Als je een rechthoekig hersluitbaar zakje gebruikt kun je dit schuin ophangen, met één punt naar beneden. Het zand verzamelt zich dan in dit puntje en is gemakkelijker te zien.

Zandtest

Tip:
Test altijd op meerdere dagen. Als je geen zand vindt, maar het niet vertrouwt, geef je paard dan een week lang psyllium door het voer en test elke dag de mest. Zo rond de vierde of vijfde dag moet het zand er dan uitkomen.

Zekerheid?

Als je precies wilt weten hoeveel zand er in de darmen van je paard zit is er maar één methode: een krachtige röntgenfoto. Niet alle dierenartsen hebben de apparatuur hiervoor, je moet hiervoor naar een gespecialiseerde kliniek. Met echoapparatuur kun je het zand in de darmen niet goed zien.

Zandmasker momenteel niet bestelbaar

Diagnose van zandkoliek

Zandkoliek is niet zo gemakkelijk vast te stellen. Vaak is het zo dat andere oorzaken van koliek eerst worden uitgesloten vóórdat de diagnose zandkoliek wordt gesteld. Het is belangrijk om altijd zand als oorzaak in je achterhoofd te hebben. Het blijkt namelijk één van de belangrijkste oorzaken van koliek te zijn. En als je op tijd bent, is het vaak goed te behandelen.

Een paard met zandkoliek kan meerdere symptomen hebben:
–          Milde of hevige koliekerigheid / buikpijn;
–          Steeds terugkerende koliekverschijnselen;
–          Diarree;
–          Gewichtsverlies;
–          Afwijkende bloedwaarden (leucocyten, verhoogde bloedsuiker)

Minder vaak voorkomende symptomen zijn:
–          Koorts (temperatuur boven de 38,6 °Celcius);
–          Verminderde eetlust;
–          Algehele zwakheid;
–          Depressiviteit;
–          Slecht aanspringen in rechtergalop, lichte kreupelheid
–          Geen trainingsarbeid verdragen.

Vaak hebben paarden met zandkoliek meer dan één van bovenstaande symptoom, maar zeker niet altijd! Diarree in combinatie met koliek is een duidelijk signaal voor zandkoliek.

In een Amerikaanse studie kon bij ongeveer de helft van de paarden met zandkoliek ook een afwijking in de darmen worden gevoeld door de veearts. Het ging daarbij meestal om een opgeblazen dunne darm of een harde ophoping in de dikke darm. Bij slechts ongeveer een kwart van de paarden met zandkoliek kon direct zand gevonden worden in de mest! Dat komt omdat zand er ‘in golven’ uitkomt: de ene dag niets en de volgende dag een heleboel.

Kortom: zandkoliek is niet altijd makkelijk vast te stellen, maar komt vaak voor!

Lees ook: Voortekenen van zandkoliek

Hoe krijgen paarden zand binnen?

Paarden krijgen zand binnen bij het grazen in een (kale) wei, als ze stoffig of zanderig hooi eten of als ze in de paddock ‘zandhappen’. Ook wanneer ze hooi eten vanaf kale grond nemen ze meer zand op. Let op: ook modder, klei en andere grondsoorten kunnen zandkoliek veroorzaken. Dus niet alleen op zandgronden krijgen paarden zandkoliek!

Op zich kunnen paarden kleine hoeveelheden zand zelf goed verwerken. Zand wordt elke paar dagen via de mest weer uitgescheiden. Eigenlijk hebben alle paarden wel een klein beetje zand in hun buik zitten, zonder dat ze daar last van hoeven krijgen.

Het zand hoopt zich op in het darmstelsel, vooral in de dikke darm. Als er meer zand binnenkomt dan er weer uit gaat, kan zich een zware, compacte laag op de bodem van de darm vormen. Bij heftige gevallen van zandophoping kan meer dan 60% van de darminhoud in beslag genomen worden door zand.

Niet alleen blokkeert al dit zand de doorgang van voedsel, het maakt de darmen ook zwaar, hetgeen pijnlijk kan zijn voor je paard. Sneller en actiever zal een paard ook niet worden van alle kilo’s zand die het meesleept. In extreme gevallen is wel 40 kilo zand in één paard aangetroffen! Ook kiezels worden regelmatig tussen de zandophopingen  in paardenbuiken gevonden. Niet zo gezond…

Wat is zandkoliek?

Zand is één van de belangrijkste oorzaken van koliek bij paarden. Zandkoliek is een verzamelnaam voor alle soorten buikproblemen bij paarden die veroorzaakt worden door zand in de darmen. Een paard met zandkoliek kan meerdere symptomen hebben:

–          Milde of hevige koliekerigheid / buikpijn;
–          Steeds terugkerende koliekverschijnselen;
–          Diarree;
–          Gewichtsverlies.

Minder vaak voorkomende symptomen zijn:
–          Koorts (temperatuur boven de 38,6 °Celcius);
–          Verminderde eetlust;
–          Algehele zwakheid;
–          Depressiviteit;
–          Geen trainingsarbeid verdragen.

Vaak hebben paarden met zandkoliek meer dan één van bovenstaande symptomen, maar zeker niet altijd! Diarree in combinatie met koliek is een heel duidelijk signaal voor zandkoliek.

Zand schuurt de maag, zeggen we weleens, maar bij paarden schuurt zand vooral de darmen. Als een paard meer zand binnen krijgt dan er weer uit gaat, kan zich een zware, compacte laag op de bodem van de darm vormen.

Spijsverteringsstelsel van paarden

In de darm zit een zachte slijmlaag die de darmwand beschermt. Deze slijmlaag kan door het zand aangetast worden en er kunnen zelfs scheuren in de darmwand ontstaan. Door de zand-ophopingen in de darm kan ook de natuurlijke darmbeweging verminderd worden: hierdoor krijgt het paard kramp, diarree of juist verstopping. Tenslotte kan het zand een darmblokkade veroorzaken, waardoor de mest niet meer verder richting de uitgang getransporteerd wordt.

Je kunt je voorstellen dat dit allemaal gevaarlijk – en zelfs levensbedreigend – is voor je paard. Paarden zijn erg gevoelig voor problemen in hun darmen. Als koliek niet snel verholpen wordt bestaat de kans op darmdraaiingen en scheuren in de darm. Ook sterven soms hele stukken darm af. Het paard is dan vaak niet meer te redden.

Ruitershop dekroo.nl